1 Koningen 22:31

SVDe koning nu van Syrië had geboden aan de oversten der wagenen, van welke hij twee en dertig had, zeggende: Gij zult noch kleinen noch groten bestrijden, maar den koning van Israël alleen.
WLCוּמֶ֣לֶךְ אֲרָ֡ם צִוָּ֣ה אֶת־שָׂרֵי֩ הָרֶ֨כֶב אֲשֶׁר־לֹ֜ו שְׁלֹשִׁ֤ים וּשְׁנַ֙יִם֙ לֵאמֹ֔ר לֹ֚א תִּלָּ֣חֲמ֔וּ אֶת־קָטֹ֖ן וְאֶת־גָּדֹ֑ול כִּ֛י אִֽם־אֶת־מֶ֥לֶךְ יִשְׂרָאֵ֖ל לְבַדֹּֽו׃
Trans.ûmeleḵə ’ărām ṣiûâ ’eṯ-śārê hāreḵeḇ ’ăšer-lwō šəlōšîm ûšənayim lē’mōr lō’ tillāḥămû ’eṯ-qāṭōn wə’eṯ-gāḏwōl kî ’im-’eṯ-meleḵə yiśərā’ēl ləḇadwō:

Algemeen

Zie ook: Israël (koninkrijk), Strijdwagen

Aantekeningen

De koning nu van Syrië had geboden aan de oversten der wagenen, van welke hij twee en dertig had, zeggende: Gij zult noch kleinen noch groten bestrijden, maar den koning van Israël alleen.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וּ

-

מֶ֣לֶךְ

De koning

אֲרָ֡ם

nu van Syrië

צִוָּ֣ה

had geboden

אֶת־

-

שָׂרֵי֩

aan de oversten

הָ

-

רֶ֨כֶב

der wagenen

אֲשֶׁר־

van welke

ל֜

-

וֹ

-

שְׁלֹשִׁ֤ים

en dertig

וּ

-

שְׁנַ֙יִם֙

hij twee

לֵ

-

אמֹ֔ר

had, zeggende

לֹ֚א

Gij zult noch

תִּלָּ֣חֲמ֔וּ

bestrijden

אֶת־

-

קָטֹ֖ן

kleinen

וְ

-

אֶת־

-

גָּד֑וֹל

noch groten

כִּ֛י

maar

אִֽם־

-

אֶת־

-

מֶ֥לֶךְ

den koning

יִשְׂרָאֵ֖ל

van Israël

לְ

-

בַדּֽוֹ

-


De koning nu van Syrië had geboden aan de oversten der wagenen, van welke hij twee en dertig had, zeggende: Gij zult noch kleinen noch groten bestrijden, maar den koning van Israël alleen.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!